Of het nu om een onderdeel voor een bus, trein of schip gaat, Small Series and Prototype Production bij ZF Friedrichshafen AG produceert een breed spectrum aan aandrijf- en chassistechnologieën. Wat hier zo speciaal aan is? De batches bevatten minimaal 1 en maximaal 50 eenheden en de eisen die aan de individuele componenten gesteld worden zijn erg hoog. Prototypes moeten snel uitgevoerd worden en functionele onderdelen moeten op zeer korte termijn naar de klant gestuurd worden. Daarom is kwaliteitscontrole zo belangrijk bij dit soort werk. Uwe Ersing is Head of Quality Control bij Small Series and Prototype Production van Commercial Vehicles and Special Driveline Technology. Hij geeft volgende aan: "Meetprogramma's worden centraal samengesteld voor de productie van series. Mijn personeel moet constant nieuwe meetprogramma's samenstellen, en er gelden verschillende eisen voor verschillende componenten. Versnellingsbakken voor maritieme technologie moeten bijvoorbeeld voldoen aan de voorschriften van classificatiebureaus. Dit resulteert in strikte specificaties voor het schriftelijk vastleggen van meetresultaten." 32 medewerkers, waaronder 13 meetspecialisten, zijn verantwoordelijk voor kwaliteitscontrole. Mehmet Akol is één van deze meetspecialisten. Hij is de afgelopen zeven jaar actief als meetspecialist geweest en wordt gemotiveerd door de steeds veranderende vereisten.

Ersing ziet een groot voordeel in dit soort vervolgopleidingen; namelijk dat kwaliteitsinspecties gestandaardiseerd worden: "Het is belangrijk dat onze meetprogramma's op dezelfde manier gestructureerd worden. Zonder consistente trainingen, komen meetspecialisten tot verschillende resultaten wanneer ze hetzelfde onderdeel doormeten." De seminars leveren nog een voordeel op als het op kwaliteitscontrole bij de productie van kleine series aankomt: de communicatie en samenwerking met productieafdeling Production is er dankzij de seminars dramatisch op vooruitgegaan. Als de meetresultaten ter discussie gesteld worden bij Production, kunnen de meetspecialisten deze veel beter uitleggen aan hun collega's en ze ook verantwoorden. Dit heeft ook de samenwerking tussen de twee afdelingen verbeterd. Het betekent ook dat de meetspecialisten vaker betrokken zijn bij het oplossen van problemen, om vast te stellen waar mogelijke fouten zouden kunnen zitten. "Onderdelen en tekeningen worden steeds complexer. Als een meetspecialist erachter komt dat een meetresultaat niet klopt, zal hij of zij eerst goed naar de resultaten kijken, in plaats van meteen naar het onderdeel. Dit gebeurde mij eerder ook altijd, en daarom is goede communicatie zo belangrijk. Ik werk samen met mijn collega's van het verwerkingscentrum om een optimale oplossing te vinden", zegt Akol.